Op 15 Mei 2023 werd in Keulen bij veilinghuis van Ham tijdens Fine Art Auktion een werk van Jan Toorop geveild. Hij vervaardigde dit groot kunstwerk (158 x 98cm) in 1920 met nog een 3 tal andere werken van ijzergieters. Wederom stonden enkele DRU arbeiders model voor zijn werken.
Crayon en houtskool – op velijnpapier (158 x 98cm) gesigneerd en geannoteerd
Jan Toorop in 1920 in zijn atelier
Op de achterzijde prijken nog de tentoonstellingsetiketten van o.a. Pulchri Studio in Den Haag en van de expositie in het Stedelijk Museum te Amsterdam.
In maart 1933 bevestigde de Gemeente Amsterdam aan het Stedelijk Museum dat Toorop’s IJzergieter in bruikleen werd genomen voor de periode van vijf jaar. Bruikleengever de JoodsefamilievanLeer–vanKarnebeek. Inv.krt B43
Op 02 november 1942, haar echtgenoot ( Henri van Leer ) was reeds overleden, inmiddels was ze hertrouwd met weduwnaar AlbertSalomons. Ze heeft toen de IJzergieter “vrijwillig” ? ter veiling bij Mak van Waay aangeboden. Archief SMA folder 267. Corr. D.C. Roell.
Achterzijde
Eveneens dank aan Raymond van Turnhout en Stefan Hörter.
Zo schreef Jan Toorop aan Frans Deurvorst uit Ulft vanaf zijn adres aan de Barbarossastraat in Nijmegen. Hij bedankte Deurvorst voor de haas in zijn “overjas” uit Ulft. Hij had er heerlijk van gesmuld samen met pater Borromeus de Greeve. De Deurvorstfamilie waren hartstochtelijke jagers, voor hun drijfjachten mobiliseerden ze vanuit de DRU-fabriek talrijke “poetsjongens” die dan als drijvers moesten fungeren.
Hun jachtterrein was erg uitgebreid en strekte zich uit tot ver in de omgeving o.a. de IJsselweiden, Varsselder,Azewijn, Veldhunten. Ook organiseerden ze gezamenlijke drijfjachten o.a. met de families van Ditshuyzen, Vonk de Both en Luyken . Dat het niet allemaal “zondags” jagers waren getuige het resultaat! De gietijzeren DRU pannen kwamen dan ook goed van pas.
v.l.n.r. Lied van der Hardt Aberson,Mel Deurvorst en Frank Deurvorst.(foto: Zeno Deurvorst 1895-1944). Het jachtgezelschap poserend voor Café de Zon – Hendrixen in Varsselder.
Uit: De Graafschapbode November 1911.
In 1914 maakte Jan Toorop wat schetsmatig het portret van Zeno Deurvorst, enigszins kubistisch met gestyleerde kaak lijnen en een strak omsloten “vadermoorder” boord. (Gesigneerd en geannoteerd Ulft 1914)
Kunstschilder Willy Sluiter was evenals Jan Toorop een graag geziene gast bij de families Deurvorst en Nolet resp. in Ulft en Nijmegen. Hij maakte diverse portretten en karikaturen meestal in pastel krijt uitgevoerd. Hij raakte ook net als Toorop gefascineerd door het schouwspel van het ijzergieten op de DRU in Ulft. Maar ook met de schilder Jan Sluijters (1881-1957), die door zijn vriend Jan Toorop bij hem geintroduceerd werd had Toon Nolet al vroeg contact. Deze portretteerde zijn vrouw Hélène Nolet-Vonk de Both (1883-1967) -zie foto boven- en later in hetzelfde jaar zijn jongste dochter, Clementine Nolet als twee jaar oud meisje met een fraaie strik in het haar.
Clementine Nolet 2 jaar
Groepsportret van Toon Nolet,Marie Breitner-Jordan,Willy Sluiter,Derk Wiggers,George Hendrik Breitner,Paula van Ysselstein, Jan Toorop en Louis van Soest 1902
Een fraai pastelwerk door Willy Sluiter van Kees Nolet uit Nijmegen kwam in 1919 tot stand. Hij was toen 8 jaar oud. Kees was een sportieve jongeling zo ondernam hij met zijn vriend Ton van Beek uit Nijmegen in 1934 een voettocht naar Rome. Dat de keuze op Rome viel was niet geheel verwonderlijk. De Noletfamilie was zeer katholiek, een zus van Kees trad zelfs in het klooster, en Nijmegen werd wel vergeleken met “Rome aan de Waal” Hij huwde in 1938 Francoise Quadekker. Hij emigreerde in 1959 naar Australië Wahroonga (New South Wales) waar hij in 2004 op 93 jrg leeftijd overleed.
Kees Nolet 1911-2004 (pastel door W. Sluiter Nijmegen 1919)
De Winterswijkse tekenleraar G. Schut heeft een belangrijke rol gespeeld bij de artistieke ontwikkeling van 2 Nederlands bekendste 19e eeuwse schilders. Zowel Jan Toorop als Piet Mondriaan kregen tekenonderwijs van hem. Schut was sedert 1870 als tekenleraar verbonden aan de R.H.B.S in Winterswijk. Toorop was in 1874 als 16 jrg een reguliere leerling op deze school. Hoewel 16 jaar oud kwam Jan toch in de eerste klas. De leerlingen kregen toen vijf keer per jaar een rapport. Zijn cijfers waren niet slecht, maar behaalde ook geen extreem hoge , op een uitzondering na, het hoeft ons niet te verbazen dat dit voor het vak handtekenen betrof! Voor de periode september-oktober begon hij heel gewoon, met een zeven. De volgende drie periodes kreeg hij een acht en in mei-juni zowaar een negen.
Piet Mondriaan die later ook in Winterswijk kwam te wonen kreeg omstreeks 1885 op 13 jrg leeftijd privé tekenonderwijs van dezelfde G.W. Schut. Na zijn lagere school ontving hij twee jaar aanvullend onderwijs daar voor Piet Mondriaan de Rijks HBS niet was weggelegd omdat de “Christelijke signatuur” ontbrak. De teken-instructies o.a. het kopiëren van anatomische gipsmodellen en adviezen over perspectief tekenen hebben zijn artistieke ontwikkeling zeker beïnvloedt.
Jan Toorop op 16 jrg leeftijd
I
R.H.B.S Winterswijk
R.H.B.S. 1922 afscheid van een collega. Dhr. Schut zittend 4e van links
Tekenleraar Schut is ruim 40 jaar verbonden geweest aan de R.H.B.S te Winterswijk. Piet Mondriaan is hem nooit vergeten! Toen hij in 1898 zelf solliciteerde op de tijdelijke vacature als leraar handtekenen (school voor Nijverheid en Handel en de Ambachts-avondschool) te Enschede, gaf hij naast de 3 vooraanstaande professoren van de Rijksacademie uit Amsterdam ook als referentie de naam van zijn oude tekenleraar Schut uit Winterswijk op.
Lang heeft Wim Toorop , de achterneef van Jan, niet kunnen genieten van zijn verblijf in de Oost. Hij overleed ten gevolge van de kampontberingen op 09 september 1945 in Jatinegara-Mater Dolorosa (Djakarta) Hij vond zijn laatste rustplaats op de militaire begraafplaats Menteng Pulo.
Jan Toorop heeft zijn geboorteland tijdens zijn werkzaam leven nooit meer terug gezien. Niet duidelijk is waarom hij zo’n bootreis naar de Oost niet heeft willen of kunnen maken. Wellicht heeft zijn vrouw Annie Josephine Hall (van Schots-Ierse afkomst) hierin een rol gespeeld. Hij huwde haar op 28 jarige leeftijd in 1886. De familie Hall bezaten een buitengoed “Lissadell” bij Kenley in het graafschap Surrey iets ten zuidwesten van Londen. Hun enthousiasme over Toorop liet zich raden. hij was een buitenlander, donker van uiterlijk, op de koop toe ook nog een artiest, hij had geen geld, zelfs nog geen familiewapen en zijn Engels liet te wensen over. Toorop wist het en schreef Annie “Ik ben arm in geld”, maar “rijk door mijn talent”!
Gendringen omstreeks 1900
Een achterneef van Jan Toorop [Willem J.CHR. Emile Toorop *1896-1945] geboren in Gendringen was een zoon van meester Toorop. Na zijn huwelijk in 1925 te Gendringen vestigde hij zich in Nijmegen en woonde enkele jaren aan de Voorstadslaan 75 B. Hij werkte als boekhouder bij de Nijmeegsche IJzergieterij. Zijn vrouw H.Chr.A. Sellen ,ook uit Gendringen afkomstig, kwam echter op 29 Juni 1932 plotseling te overlijden. Het echtpaar had geen kinderen.Hij wilde een nieuwe toekomst opbouwen, mede door de economische crisis in het land en de tragische gebeurtenis rondom het overlijden van zijn vrouw kwam alles in een stroomversnelling. Na zijn ontslag te hebben genomen vertrok hij een half jaar later met het Nederlands stoompassagiersschip DSMS BALOERAN in 1932 naar Indië en vestigde zich definitief in Buitenzorg (West-Java) enkele broers waren hem 10 jaar eerder voorgegaan. Hij maakte van zijn bootreis een fraai reisverslag. “Mijn Reis naar Indië” van 21 December 1932 t/m 19 Januari 1933. Lang heeft hij niet kunnen genieten van zijn verblijf in de Oost. Hij overleed ten gevolge van kampontberingen op 09 september 1945 in Djatinegara-Mater Dolorosa en vond zijn laatste rustplaats op de militaire begraafplaats Menteng Pulo.
m.s. Baloeran
Passagierslijst ms Baloeran
Dit reisverslag zal in gedeeltes de komende maanden verschijnen en met tekeningen door Willy Sluiter worden geïllustreerd.
In 1938 verscheen het boek van Ir. J.W. Albarda over een kwart eeuw parlementaire werkzaamheid in dienst van de bevrijding der Nederlandse Arbeidersklasse. Het geeft een beeld van de groei der Nederlandse Volksgemeenschap. In opdracht van het partijbestuur der S.D.A.P. En werd uitgegeven door de N.V. De Arbeiderspers. Jan Toorop had in 1922 deze IJzergieter in fraaie pasteltinten vervaardigd bij de IJzergieterij Diepenbrock & Reigers te Ulft . Het maakt nu deel uit van de collectie in het museum Helmond.
Jan Toorop had Frans Deurvorst een voorstel gedaan om Charley aan een keuken uitzet te helpen hij wilde dit met gesloten beurs doen en betalen met een tekening! “ Oude methode ruilhandel”. Welk werk het is geweest valt jammer genoeg niet met zekerheid te achterhalen,ook uit hoeveel delen de pannen- uitzet bestond is niet bekend. Wel prijkte jarenlang een oceaan-blauw geëmailleerde DRU badkuip in de tuin van haar villa “De Vlerken” aan de Buerweg in Bergen(NH).
Jammer dat Charley tijdens haar bezoek aan de DRU fabriek ,in tegenstelling tot haar vader, niet voldoende geïnspireerd raakte door het schouwspel van de Ulftse IJzergieters. 12 Jaar later beeldde ze de Alkmaarse kaasdragers uit in een soortgelijke karakteristieke houding. De voorstelling, houding en compositie verschillen behoudens hun kleding en het te dragen gewicht niet veel van elkaar..