Een van de laatste portretten van Toorop voor zijn overlijden in maart 1928 was dit karakteristieke en expressieve portret en profil van Frans Deurvorst uit 1927. Deurvorst was een groot beschermer van de kunst. Zijn collectie meesterstukken van Toorop was zeldzaam. Hij was zowel een mecenas als een goede vriend van Toorop, deze was dan ook een graag geziene gast in Villa Zeno te Ulft. Hij verbleef er met tussenpozen ook langere perioden,vooral toen zijn huwelijk met de Engelse Annie Hall minder goed verliep en zijzelf veel in Engeland vertoefde. In 1924 trad Deurvorst af als directeur van de N.V. Ulftsche IJzergieterij en Emailleerfabriek Diepenbrock & Reigers en werd benoemd tot gedelegeerd commissaris tot aan zijn overlijden. Zijn verdiensten werden door de Regering erkend door zijn benoeming bij zijn 25 jrg dienstverband tot ridder in de Orde van Oranje-Nassau terwijl hij in 1924 gezien zijn 50 jrg dienstverband werd bevorderd tot officier in die orde. In de “Hollandsche Revue” uit 1904 no.11 verscheen een niet alleen zakelijke, maar ook literair belangrijke levensschets van Deurvorst, van de hand van de hoofdredacteur Frans Netscher, waarin de interessante geschiedenis van de Ulftse fabriek werd uiteengezet. Een uitgebreide necrologie is te vinden in het blad De Ingenieur no. 52 uit 1931 geschreven door zijn vriend Ir. R.A. van Sandick eveneens als Deurvorst uit Terborg afkomstig. Toen Villa Zeno in 1986 werd gesloopt vonden medewerkers van het sloopbedrijf een exemplaar van het tijdschrift uit de Hollandsche Revue samen met een handgeschreven brief “Aan den Vinder” door Deurvorst verstopt achter een zolderbalk. Hij had er ook een fles wijn bij gedaan.
Geef een reactie