Annie Toorop-Hall houdt een inzamelingsactie voor Domburgse Kapel 1910

Jan Toorop, Charley Toorop en Annie Toorop-Hall – Nijmegen 1910

Jan Toorop te Domburg

In het eertijds zo stille Domburg, thans als baddorp waar veel Duitsers komen, bekend en woelig geworden, woont al jaren iedere zomer Jan Toorop. Domburg heeft klinker straatjes en groene bomen, kleine hel geverfde huisjes en een stemmige kerk, waarvan de toren als een reus van onverzettelijkheid op zijn stoere benen staat. Er tegenover midden op het dorpsplein waar door de week de hamerslagen uit de smidse klinken en ‘s zondags uit de kerk het plechtig psalmen gezang daar staat Toorop’s woning, een ouderwets deftig herenhuis, laag en eenvoudig van bouw. Een brede gang leidt er midden door naar een duistere , romantische tuin, welk ruig overgroeide paden uitlopen op een laag groen geverfd achterpoortje in de dikke stenen muur. Als je in de werkkamer wordt toegelaten ,wat niet erg moeilijk is, daar de schilder en zijn gade erg gastvrij zijn dan vind je daar de grote man met de zelfbewuste houding en de zachte ogen in het milieu dat niets heeft van het schilderachtige bric à brac van een traditionele aankleding met getemperd licht draperieën en antiek. In de helder en gelijkmatig verlichte ruimte waar zijn ezel staat, de wanden behangen met zijn tekeningen, krabbels en fragmenten, beprikt met kleurproeven, met oude prentjes van heiligen en moderne portretten van priesters en voormannen uit het Roomse kamp. Waar de tekentafel is beladen met gereedschap slingerend tussen allerlei correspondentie,visitekaartjes, catalogi en kranten, waar een deel van Vondel ligt opgeslagen naast de Imitatio en de Confessiones schuil gaan onder moderne Duitse apologeten: waar tegen ieder steun gevend meubel portefeuilles en spieramen en de rollen tekenpapier en ontwerpen gestapeld liggen langs de wand. Daar is Toorop de hele dag bezig met zijn werk en boeken, wijdend aan de schoonheid en meditatie in de lange lichte dagen van zijn Domburgse zomer.

Willibrordus kapel 1911/1912 Staand links van het raam Jan Toorop

Zoals ik al zei gaan en komen de gasten en vooral onder vakantietijd is het in Toorop’s woning druk; een Warmonds hooggeleerde laat zich portretteren, een Duits professor zit model waar anders de Domburgse en Westkapelse boeren hun strenge trekken en vierkante gebaren lenen voor een Sint Pieter of een Sint Jan. Schilders uit de buurt of schilderende gasten uit het baddorp willen Toorop raadplegen over hun werk; verre vrienden komen op bezoek vreemde geestelijken vragen in hun landstaal naar de Hollandse schilder, die temidden van zijn kunstmakkers staat als een naar afkomst en ontwikkeling cosmopolitisch figuur. Zij hebben een groet over te brengen; ze kregen een aanbeveling mee, ze komen het uur van Mis lezen bespreken in de kleine houten Sint Willibrorduskapel, waarvan in de zomertijd als het Roomse gasten heeft, Toorop’s gade de zorgvuldige kosteres is. Want zo weelderig is de Katholieke Domburgse vreemdelingen gemeente niet ingericht, dat ze voor het badseizoen een koster of kerkeknecht op nahouden kan in dit dorp, waar geen Roomsen wonen. Vroeger stond er dan ook geen bedehuis, eerst toen Domburg als gezondheidsoord in de mode kwam , beraamden enige vaste Roomse gasten onder wie de families Van Pallandt , Van Aremberg en Van Spee, de stichting van een huiskapel en daar er geen hulp was voor een stenen gebouw, werd ze gedeeltelijk van hout opgetrokken groot genoeg voor het toenmalige zomerbezoek.


Met de groei van Domburg als badplaats werd ook het kerkje te klein en besloot men het oorspronkelijke plan een uitvoering te geven door het bijbouwen van een stenen priesterkoor. Op zon en feestdagen celebreert er een Middelburgse kapelaan, maar door de week gebeurt het vaak dat met toestemming van de geestelijke overheden vreemde priesters op vakantie er de Mis lezen aan het sobere altaar dat Toorop ontworpen heeft en uitgevoerd. Zoontjes van badgasten dienen er dan met het primitieve gerij, door de schilders vrouw iedere morgen klaar gezet. Is er geen koorknaap bij de hand dan kun je Toorop zien dienen terwijl zijn vrouw de gaven verzamelt voor de afbouw van het kerkje welks ontwerp een liefdewerk is van architect Ludewig. In het priesterkoor laat Toorop mettertijd naar eigen tekening gebrande glazen aanbrengen en de drie open vakken vooraan de altaartombe worden met schilderwerk van hem gevuld. Zo beijvert heel zomers Domburg zich om het kerkje mooier te maken, want ook veel protestante gasten tonen door gaven hun sympathie voor het goede doel waarmee toch het dorp als badplaats wordt gebaat. Het kapelletje staat op een hoogte met de ingang naar zee gekeerd. Kortbij is ook het houten gebouwtje gezet dat deze zomer voor de te Domburg en omstreken wonende of tijdelijk verblijvende schilders als expositiezaal heeft dienst gedaan en ook volgend seizoen weer daartoe zal worden gebruikt.

Uit: JAVA post, weekblad van Nederlandsch-Indië jrg 9 no. 47. 24-11-1911

Een katholiek kunstenaar: In van Onzen Tijd: M. Viola

Jan Toorop kende de architect Frank Ludewig (1863-1940) waarschijnlijk uit Nijmegen, waar deze sedert 1904 woonachtig was. Hij emigreerde omstreeks 1912 naar Amerika.
Annie Toorop-Hall startte rondom 1910/1911 een soort “Crowdfunding” actie om de te bouwen Willibrorduskapel en het interieur mede te financieren. (Zie de briefkaart.)
Charley kijkt niet erg gelukkig op de foto uit 1910 gemaakt in Nijmegen. Ze vindt na verloop van tijd het (katholieke) klimaat in haar woonplaats Nijmegen te verstikkend worden. In 1912 zou zij dan ook op 21 jrg leeftijd zwanger en gehuwd het ouderlijk huis ontvluchten. In dat jaar huwde ze Fernhout, het was voor haar een verlossing van de pastoors en de kennissen waar ze zich niet thuis voelde schreef ze later.


Reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *


2 + = six