
Onder de vele critici en recensenten van Toorop’s werk bevond zich de bevriende classicus Aegidius Timmerman van hem was ook bovenstaand citaat. In vrijwel geen enkel ander werk ligt de smeltkroes van mysterie en symboliek zó aan de oppervlakte dan als op dit werk. De term die schrijvers, kunstenaars en publicisten rond 1900 algemeen gebruikten om het streven naar vergeestelijking en een meer zuivere levenswijze aan te duiden was ‘Mysticisme’. Het omvatte theosofie, boeddhisme en spiritisme, in het negentiende eeuwse werk van Toorop vinden we veel van deze aandachtsgebieden terug. Zijn verlangen naar een samenleving en kunstvorm naar middeleeuws model was zeer belangrijk, al of niet vermengd met Boeddhisme en Brahmaïsme. Zo vormt de peinzende asceet in de Sphinx achter de engel links, de overgang van het aardse strijden tot de hoogste aspiraties (….) De bezieling van al deze stervende is de evolutie van het geloof in het verleden, gesymboliseerd in de kathedralen en de Boeddha die zich links en rechts bovenin de tekening bevinden. Een woord dat Toorop in deze jaren direct koppelde aan mystiek, was mysterie. De man en de vrouw in het midden zijn steeds hoger in evolutie strijdende aan de aarde geklonken. De mensen rechts vormen de voortstuwende krachten van alle geestelijke arbeid. Geheel onderaan bevinden zich de “reine vrouwenzielen” voortzwevende naar verhevener geestelijk leven. De kathedraal stond voor Toorop als een katholiek symbool voor een bijna utopisch terug verlangen naar de middeleeuwen. Deze hang werd voor een belangrijk deel ingegeven door onvrede met de sociaal-maatschappelijke situatie. De sociale misstanden met grote verschillen tussen arm en rijk en de grote werkeloosheid werden algemeen gezien als argumenten waarop de industriële revolutie, de economische vooruitgang en het grootkapitaal veroordeeld moesten worden. De zwanen herinneren aan de bewondering van Toorop aan Wagner.

De nogal diepzinnige en gecompliceerde tekening wil iets oproepen en laat zich ook niet altijd in woorden uitdrukken. Toorop zelf had ook moeite zijn werk te analyseren en te verhelderen. Geregeld werd zijn betoog zo verward dat hij het zelf ook niet meer begreep en zei dan dat hij het beter in muziek kon uitdrukken en zette zich voor de piano en fantaseerde dan verder met heel aardige melodieën en accoorden !






Geef een reactie